notitie 247 Vandaag geschreven, gisteren al klaar Onder de talloze mensen die met schrijven proberen geld en roem te vergaren, zijn er velen die daar in het geheel niet in slagen. Onder de meer succesvollen bevindt zich soms een werkelijk getalenteerd teur en soms schrijft deze getalenteerde auteur een meesterwerk. Een goede gezondheid, betrokkenheid bij het onderwerp, een verliefdheid, een stimulerende omgeving, mooi papier, fijne pennen, een rustige of juist turbulente levensfase en een zekere rijpheid kunnen van nis zijn bij het tot stand komen van dit meesterwerk. Haley schreef in 1963 ‘Strategies in Psychotherapy’. Een auteur van een dergelijk meesterwerk verdient de rest van zijn leven met geld en eer overladen te worden. Soms wordt de betekenis van een dergelijk werk pas na de dood van de auteur herkend en zijn het leen de erfgenamen die ervan profiteren. Bij Haley is dit gelukkig niet het geval. Hij leeft nog, is professor en hoofd van een instituut en hij is beroemd. Ook valt hem veel eer ten deel. Van der Hart (1985) bijv. bespreekt zijn nieuwe boek ‘Ordeal Therapy’ op zeer lovende wijze. Wij citeren: ‘Een prachtig boek, naar mijn idee zijn mooiste boek tot dusver, het laat zich lezen als een spannende detective’. Een man als Haley verdient niet minder. Dat een dergelijke man veel eer betoond wordt, is voor de hand liggend, waarom dit echter op de manier moet gebeuren zoals in Dth plaatsvond, is minder duidelijk. Immers, het gevaar bestaat dat lezers de achtergronden niet zo goed kennen en menen dat het om het boek zelf gaat. Niets vermoedend kopen ze ‘Ordeal Therapy’ en denken het mooiste boek dat Haley geschreven heeft, bemachtigd te hebben. Wij gingen er ook op uit en kochten ‘Ordeal Therapy’. Onze eerste reactie was er een van complete overgave. Het boek is prachtig geschreven en onnavolgbaar bijna lijken de strategiën die hij meer dan twintig jaar geleden bij de behandeling van patiënten bruikte. Het begint al op bladzijde 1. Een advocaat kon al jaren niet slapen, ondanks het feit dat er niets verkeerd was met hem of zijn kinderen. Haley gaf hem het advies om wanneer hij wakker lag aan vreselijke dingen te denken. De man ging naar huis en ‘He feil asleep immediately and slept the night through’. Bovendien bleek de loosheid niet meer terug te keren. Een ander voorbeeld, zo mogelijk nog indrukwekkender, beschrijft hij op bladzijde 3. Een vrouw met ernstige hoofdpijn genas hij door de vrouw aan te moedigen hoofdpijn te hebben. De verklaring van deze successen geeft Haley door een gevalsbeschrijving van Erickson
248 Dth 3 jaargang 6 augustus 1986 te geven over een oude man die ook al aan slaapstoornissen leed en die, wanneer hij niet sliep, op advies van Erickson vloeren moest boenen. Daardoor zou de werking duidelijk moeten zijn geworden, het is namelijk ordeal therapy wat de behandeling succesvol maakt. Anders gezegd, de hoeveelheid ellende die een beproeving met zich meebrengt, moet groter zijn dan die van het symptoom. Het ordeal moet volgens Haley de volgende kenmerken hebben: (a) Het moet erger zijn dan de klacht. (b) De persoon moet het kunnen uitvoeren. (c) Soms is het voldoende met de beproeving te dreigen. Soms moet zij uitgevoerd worden, event 1 1eel meedere keren. Deze gedachte is begrijpelijk in die gevallen waarbij de patiënt paalde activiteiten doet die onder invloed van de wil staan, zoals voorbeeld sigaretten roken. Maar dat nerveuze hartkloppingen dwijnen door vloeren te boenen is minder voor de hand liggend. Het laten uitvoeren van lichamelijke activiteiten (hardlopen, gymnastische oefeningen) direct na het optreden van bepaalde klachten is binnen de directieve en gedragstherapie een gebruikelijke strategie. Bij ordeal therapy wordt dit ook toegepast, alleen moet de patiënt deze melijke inspanningen midden in de nacht uitvoeren (‘zodat de cedure op een droom of een nachtmerrie lijkt’, blz. 7). Haley benadrukt het gevaar dat behandeling te vriendelijk en de therapeut te hoffelijk is. Hij geeft als illustratie een patiënt die niet kon slapen en die problemen had met studeren. Deze patiënt moest als ordeal studeren in plaats van slapen. Die patiënt reageerde hierop door boven zijn boeken in slaap te vallen. Haley’s remedie was deze patiënt hele nachten staande te laten studeren. Er blijken diverse ordeals te zijn. De recht-toe-recht-aan-taak, de paradoxale, maar de meest interessante lijkt toch de therapeut zelf te zijn. Als speciaal werkzaam noemt Haley het zogenaamde ren van de patiënt en het verhogen van de rekeningen. Het paradoxale ordeal is die behandeling waarbij het symptoom zelf het ordeal is. Een patiënt met boulemie moet opzettelijk veel eten, een patiënt met anorexia moet vasten. Ook rekent Haley het zogenaamde ’te veel en te weinig’-principe hieronder. Haley bespreekt een tiental behandelingen in zijn boek. Deze handelingen werden niet door Haley zelf uitgevoerd. Hij de slechts, met desondanks schier onnavolgbare successen. Even kwam de gedachte bij ons op of deze gevalsbeschrijvingen de enige waren met een goede afloop en dat de andere honderden len jammerlijk mislukt waren. Ook spookte het idee dat er bij de spreking van de werkzame elementen weinig aandacht was gegeven aan aspecifieke factoren, die bij deze succesvolle behandelingen een
notitie 249 rol gespeeld zouden kunnen hebben, lange tijd door ons hoofd. De gedachte dat iemand die bereid is op verzoek van de therapeut ’s nachts zijn bed uit te komen om lichamelijke oefeningen te doen, of die bereid is hele nachten staande te studeren, met een meer humane behandeling ook zou kunnen verbeteren, omdat een dergelijke tiënt sterk gemotiveerd is aan een behandeling mee te werken, liet ons evenmin met rust. Steeds werden we hierdoor gestoord bij de zing van de prachtige gevalsbeschrijvingen. Het respect voor Haley is na het lezen van het boek echter nog groter geworden. Hoe is het mogelijk dat een man die al tientallen jaren geen patiënten meer heeft behandeld en, zoals hij eens vertelde, tegen de last van het behandelen opziet, die verder nooit systematisch onderzocht heeft of een bepaalde strategie werkelijk werkt, een nieuwe behandelingsstrategie heeft ontwikkeld die in vrijwel één ting tot resultaat leidt? Haley blijkt in staat een machtige nieuwe handelingsmethodiek te ontwikkelen uit een enkele anekdote van Erickson betreffende een arme, oude man die maar vloeren moest boenen. Een nieuw boek van een buitengewoon getalenteerd man dat ieder moet kopen om hem te eren, om ervoor te zorgen dat hij in luxe en rijkdom kan leven. Hij heeft dat verdiend door in 1963 zijn gies’ te schrijven. Moedig iedereen aan het aan te schaffen. Van der Hart zegt het gelezen te hebben als een detective; doe dat ook. Lees het op een moment dat je geen zin hebt in een goed boek. Lees het bijv. in de trein wanneer jeje niet goed kunt concentreren, blader het snel door op zoek naar de plot. En wanneer het uitgelezen is, vergeet het net zo snel als een detective, anders kan het gebeuren dat je in een moment van onoplettendheid een patiënt die ongelukkig of stig is, het advies geeft ’s nachts om de drie uur tien minuten te gaan hardlopen, of ’s nachts vloeren te gaan boenen, nadat hij opzettelijk over zijn echtgenote heeft moeten plassen, uitgeput als hij was, dat hij de gehele dag met tien zwart geverfde replica’s van Peak-stenen heeft moeten sjouwen. KEES HOOGDUIN Referenties Haley, J. (1984), Ordeal Therapy, Jossey Bass, San Francisco. Hart, 0. v.d. (1985), Boekbespreking over J. Haley, Ordeal Therapy. Dth 5 (3), 289-290.