182 Dth 2 jaargang 6 mei 1986 Paul Emmelkamp schreef een prachtig en interessant boek dat iedereen die zich met de behandeling van fobieën en dwang houdt zou moeten lezen. Daarmee lijkt hij zijn eigen doelstelling – de kloof tussen theorie en laboratoriumonderzoek enerzijds en de tijk anderzijds te overbruggen – ruimschoots gehaald te hebben. ELSE DE HAAN & KEES HOOGDUIN M. Ritterman, Using hypnosis in family therapy. Jossey-Bass, San Francisco & London, 1983, 374 blz. Dit boek gaat over een door de auteur ontwikkelde vorm van therapie, waarin principes van structurele en strategische pie gecombineerd worden met Ericksoniaanse hypnotherapie. De theorie is moeizaam beschreven, maar bevat belangrijke ideeën. gerend is de visie van de auteur op het symptoom waarvoor hulp zocht wordt. Zij vat dit op als een gift aan de therapeut. Hoe elegant en effectief zijzelf met zo’n geschenk weer om te gaan wordt in se praktijkvoorbeelden uitvoerig beschreven. Een daarvan betreft de letterlijke weergave van een zitting, waarin Ritterman als consulent optreedt. Het verslag van deze zitting, met een gezin met een le dochter, en het commentaar daarop vormen met elkaar het tepunt van dit boek. Dit is een leerzaam boek voor ervaren therapeuten die zowel zinstherapie als individuele hypnotherapie toepassen en seerd zijn in een integratie van beide werkwijzen. ONNO VAN DER HART Clifford J. Sager, Hollis Steer Brown, Hellen Crohn, Tamara Engel, Evelyn Rodstein & Libby Walker, Treating The married Family. New York, Brunner/Mazel, 1983, 388 blz. Een prettig leesbaar boek over een categorie cliënten waarmee vooral de RIAGG’s in toenemende mate te maken krijgen: de zg. gezinnen. Dit is geen nieuw fenomeen. In vorige eeuwen, toen zoveel ouders jong stierven door ziekte, zware arbeid, in het kraambed e.d., waren er verhoudingsgewijs waarschijnlijk evenveel nen als nu. De hoge echtscheidingsfrequentie is echter wel nieuw als oorzaak voor het ontstaan van dit type gezin. Het gaat hier dus over een tot