Jaargang 4 (1984)
casuistische mededelingen 69 De lotgevallen van Anna Anna, een 19-jarig winkelmeisje was een van de eerste clienten bij wie de zgn. ‘interactionele behandeling van dwangmatig controleren’ werd toegepast. Hoe dat ging staat beschreven in Directieve Therapie I, p. 121-123. Twee en een half jaar na deze behandeling kreeg zij een ernstig recidief, dat opname en een langdurige poliklinische ling noodzakelijk maakte. Alles bijeen is Anna acht jaar lang gesteld geweest aan directieve therapie. Zij heeft alle recente kelingen in de directieve behandeling van dwangverschijnselen gemaakt, en mogelijk heeft ze deze hier en daar ook zelf bei’nvloed. In deze bijdrage worden haar wederwaardigheden beknopt schreven. Een conclusie moet zijn dat het directieve principe van de kortdurende behandeling kennelijk van tijd tot tijd gerelativeerd moet worden. Een andere dat directieve strategieen ook binnen een langdurige behandeling resultaat kunnen afwerpen. V oorgeschiedenis Anna was bang haar anticonceptiepil niet goed in te nemen, of hem ongemerkt weg te gooien. Daarom controleerde ze voortdurend in gedachten zowel eigen als andermans activiteiten, die mogelijkerwijs tot verdwijning van de pil zouden kunnen leiden. Bovendien stelde zij haar ouders en haar verloofde hierover steeds vragen. Anna werd op de zo langzamerhand bekende wijze behandeld: zij mocht vragen len zoveel zij wilde, maar in plaats van haar antwoord te geven moesten de familieleden haar naar haar kamer sturen om daar de vragen zelf uit te denken en op deze manier haar zelfstandigheid rug te winnen. Anna werd beter. Zij ging weer werken en trad in het huwelijk. Een jaar later kwam het echtpaar een aantal keren terug bij de therapeut vanwege seksuele problemen van de man (ejaculatio praecox). Tot zover is haar geschiedenis beschreven. Na ruim twee en een half jaar huwelijk kwam Anna opnieuw in de problemen. De aanleiding hiervoor was de wens van haar en haar man kinderen te krijgen en haar onzekerheid over de vraag of ze dat wel aan zou kunnen. Anna kreeg weer last van dwanggedachten en schakelde haar echtgenoot in om haar van haar onzekerheden te lossen. De dwanggedachten en dwangvragen hadden vrijwel alle een seksuele of erotische betekenis. ‘Heb ik de pil wel geslikt?’, ‘Is het Erik (haar echtgenoot) wel die naast me ligt?’, ‘Als ik langs een man
70 Dth I jaargang 4 f ebruari I 984 loop, kan ik daar dan niet zwanger van worden?’, ‘Is het Erik wel die ik een zoen geef?’, ‘Heeft mijn vader me vroeger niet verkracht?’ Toen Anna vrijwel de hele dag en nacht niets anders meer deed dan vragen, controleren en terugdenken, en zij en haar man beiden hopig waren, werd ze op de PAAZ opgenomen. Dat is het moment waarop wij haar leerden kennen. Anna’s opname duurde twee maanden, de daarop volgende nische behandeling ongeveer twee en een half jaar, waarvan 1 jaar tensief. Na die twee en een half jaar zijn er nog steeds, weinig quent, contacten met de therapeut. Deze beperken zich tot een portage van Anna over de stand van zaken. De behandeling Zoals gezegd heeft Anna alle behandelingen voor dwang die tot nu toe binnen de directieve therapie zijn bedacht mee mogen maken, ook de minder gelukkige vondsten. Zo werden haar lingen in een eerder stadium van de behandeling ooit paradoxaal aangepakt, met
Joost Baas2025-06-27T12:14:10+00:00
Deel dit artikel met collega's